maandag 19 augustus 2013

vakantie 2013 Zuid Engeland

Als de wekker gaat moet ik van ver weg komen en vraag mij af waarom dat ding geluid maakt op dit tijdstip. Dan ben ik ineens goed wakker: opstaan, we gaan met vakantie!
Aankleden en nog even de laatste zaken inpakken in mijn mooiekees (beautycase), broodjes uit de koelast en de thermoskan met thee mee. Bink, onze kat, kijkt zeer verstoord als ik de bijkeuken deur open en als hij dan toch wakker moet worden op dit vroege uur, wil hij ook wel naar buiten. Katten kunnen geen klokkijken, maar ik denk dat hij weet dat het niet zijn normale tijd is om naar buiten te gaan.
Dag poes, tot volgende week.
Oma Rooze, van de overkant, zorgt voor jou.
Ik ben er klaar voor, denk ik. Dan zie ik dat ik mijn slippers nog aan heb en gelukkig kan ik deze nog omruilen voor knappe schoenen.

We vertrekken om even na half zes op maandagochtend 8 juli. We hebben een overtocht geboekt van Dunkerque in Noord Frankrijk naar Dover en deze boot vaart af om 10 uur vanmorgen. Het is een kleine vier uur rijden en ik installeer mij lekker op mijn stoel. Deze staat een beetje naar voren en rechter op dan ik gewend ben. Dat komt omdat de tent achter mijn stoel ligt. Deze hebben we wel nodig als we gaan kamperen en dus laat ik alles staan zoals het staat en bekijk het uitzicht onderweg en de opkomende drukte van het verkeer. Alles verloopt vrij vlot en af en toe reikt mijn hand naar de tas achter de bestuurders stoel waar broodjes, water en ander proviand zich bevinden.
Als we even na half  tien in Dunkerque bij de boot aankomen duurt het niet lang of we kunnen oprijden om in te schepen.
Krap parkeren en met boek en vest verlaten we het autodek om ons 2 uur aan boord van deze schuit te vermaken. We zoeken een tafeltje uit aan de raamkant en Simon verzorgt 2 flinke bekers koffie. Op klokke van 10 voel ik aan het bewegen van de vloer dat we zijn vertrokken.
Lezen, koffie drinken en later nog wat rondwandelen in de taxfreeshop snuffelen aan lekker luchtjes.Op het buitendek aangekomen zie ik de witte kliffen van de Engelse kust al in de verte.



Ik raak in gesprek met een Duits gezin die onderweg zijn naar Ierland waar één van hun 5 kinderen als
au pair werkt. Ze hebben nog nooit in Engeland gereden en links rijden lijkt pa helemaal niks. Vanuit Hollyhead vertrekken ze morgenochtend weer met een boot naar Dublin. Ik wens ze sterkte en vertel dat Ierland echt heel mooi is.

Met gemak een veel geduld rijden we in Dover om 11 uur Engelse tijd van de boot af. We hebben er 2 uur over gedaan deze oversteek. Simon heeft zijn horloge een uur terug gezet en ik laat het zo. Ik reken dan wel een uur minder als ik wil weten hoe laat we leven deze week.
Bekende namen van steden passeren we op de borden lang de kant van de weg. Het rijden op de snelweg went snel en ik zie bestuurders van andere auto's kijken als ze zien dat ik (volgens Engelse begrippen dus aan de bestuurderskant) maar een beetje rond zit te kijken en naar alle kanten beweeg zonder vooruit te kijken.
We nemen de snelweg onder Londen langs en dan richting Bristol. Dan zuidelijker naar Bodmin.
Van de kust zie je op deze manier niets, maar we kunnen zo lekker opschieten zonder 1001 rotondes tegen te komen. De temperaturen zijn best wel hoog voor deze plaatsen in Engeland. Wij zitten in de auto en zien dat op de thermometer buiten de auto; boven 25 graden. In de auto doet de airco het goed en merken wij niets van de warmte. We zoeven over de weg en ik geniet van de uitzichten die steeds mooier worden naarmate we verder rijden.

Het is rond half 6 als we aankomen bij de camping waar we willen verblijven en er is plaats genoeg. We kennen deze plek van 10 jaar gelden toen we hier met Stefanie een paar dagen hebben gekampeerd.
Camping Seaview ligt in Boswinger en dat is een heel klein plaatsje in Cornwall aan de zuidkust voorbij St.Austell. Het ligt aan zee boven op een klif en na een stevige wandeling van een kwartier afdalen kom je op het strand van Hemmick Beach.

We zoeken een plaatsje uit en komen dan op pitch 22 aan de rand van het grote grasveld. Van de receptioniste ontvangen we nog een kaart om in de auto achter het voorraam te plaatsen en 2 swimmingpool kaartjes voor de toegang van het zwembad.



Dan kunnen we de tent gaan opzetten en hoewel dit al even gelden is gaat het best snel.
Ondertussen zet ik het kookstel in elkaar en vis uit de voorraad een pot kapucijners en een zakje met lamsbiefstukjes. Dit laatste heb ik vanmorgen uit de vriezer thuis gehaald en geeft dus de hele dag tijd gehad om als koelelement te fungeren en tevens te ontdooien voor onze eerste campingdiner.
Als de afwas is gedaan en de bedden opgemaakt gaan we de benen strekken en lopen het eerste stukje richting strand over het smalle weggetje naar beneden. Het uitzicht is zo mooi en het grote genieten gaat al beginnen voor mij. Elke dag zulke uitzichten en zulke temperaturen, dat moet goed komen deze week.

Na een kort bezoek aan het toiletgebouw voor een frisse douche is het tijd om in de zak te kruipen. Waren we eerst bang dat het te warm zou zijn hiervoor? Het koelt hier direct aan zee flink af 's avonds en dan is een slaapzak geen luxe. Ik heb niet veel meer gedaan dan zitten deze dag en het verbaast mij echt dat ik direct in een diepe slaap val met de geluiden van de camping heel ver bij mij vandaan.

Dinsdag 9 juli:
Wakker worden en je afvragen waar je eigenlijk bent: in de tent in Engeland. heerlijk! Tijd voor ontbijt  en zoals altijd hebben we zo onze taken. Simon kleed zich aan en gaat in de kampwinkel broodjes, melk en een krant halen. Ik zet de tafel en stoelen klaar en zet theewater op, in het kleine keteltje op onze kookbom. Dan zoek ik de vaste onderdelen voor het ontbijt uit de voorraad tas en dek verder de tafel. We hebben van alles maar 2 stuks mee; 2 borden, 2 theebekers, 2 glazen voor water en/of wijn. Na elke maaltijd is het afwassen geblazen om alles weer schoon te hebben voor de volgende maaltijd.
We genieten van een heerlijk ontbijt in het zonnetje en maken plannen voor de rest van de dag.
We doen een paar boodschappen in St. Austell en verkennen de supermarkt daar. Dan brengen we de auto terug naar de camping en deze mag rusten verder deze dag.
De wandelschoenen gaan aan, flesjes water en een appel in de blue bag en ook de zwemkleding nemen we mee. Vanaf de camping gelijk rechtsaf richting Hemmick beach afdalen. Onderweg kijken de stieren ons nieuwsgierig aan, maar blijven gelukkig waar ze zijn.
Voorbij het strandje gaan we weer omhoog. Stevig stijgen en al snel zijn we hoog boven zee, maar nu aan de andere kant van het strand. We lopen door tot Dodman Point. Daar staat een groot kruis bijna op het randje van een klif. Een rustpunt en tijd voor een appeltje.
Dan lopen we nog een klein eindje verder, maar rond elke bocht is het weer even mooi en we moeten ook weer terug lopen. Rechtsomkeert dus maar en dezelfde weg terug naar het stand van Hemmick Beach. We zoeken in de buurt van het grote kruis nog naar overblijfselen van een oude nederzetting en vinden wel de restanten van een watch house. Dit kleine huisje kan nu gebruikt worden als schuilplaats voor wandelaars.
Terug op het strand kleden we ons om in de zwemkleding en willen een verfrissende duik nemen in zee. Het water is echter ijskoud en we gaan terug naar de camping om een duik te nemen in het verwarmde zwembad.

Later terug bij de tent: eten, lezen en als het wat te fris gaat worden op tijd in de zak.

Woensdag 10 juli
Na het gebruikelijke ochtend ritueel, rijden we via Goran Haven en Portmellon naar Mevagissey.
Hier kwamen we voor het eerst in juli 1976 en logeerden toen in hotel Sharks Fin aan de haven. Het geluid van de meeuwen is nog steeds hetzelfde. In 2003 toen we hier met Stefanie waren was het weer minder mooi en konden we niet zo goed genieten van de fraaie uitzichten. We hebben toen wel heel chique en lekker gegeten in the Sharksfin Waterside restaurant.

We lopen de haven rond en drinken koffie in ons voormalig hotel.We zitten een tijdje op een bankje bij de haven en zien de veerboot naar Fowey vertrekken.
Dan zoeken we het kust pad richting Pentewan en lopen een stuk langs de rotsen. Ons standje van 37 jaar geleden herkennen we van een afstand, maar we laten ons niet verleiden om de hoge steile trap naar beneden af te gaan.
Als we het genoeg vinden draaien we om en lopen terug naar het dorp. het is dan inmiddels laag water en de bootjes in de haven liggen droog. De smalle straten zijn nog altijd toegankelijk voor autoverkeer en dat verbaast ons. Een lekker ijsje en dan stappen we weer in de warme auto en gaan op weg naar Charlestown.
Hier liggen een paar oude schepen in de haven en net als Mevagissey is dit een klein oud vissersplaatsje.
 De oude schepen liggen in een afgezet stuk haven, waar de waterstand door een sluisdeur hoog gehouden wordt.
Wij vervolgen onze weg weer bij de airco in de auto en rijden naar Fowey (uitspreken Foy als joy). het parkeer terrein ligt een stuk hoger en we dalen voorzichtig af naar de haven waar van alles te zien is.
In de verborgen tuin van de Fowey Grammarschool vinden we een leeg bankje en hier kunnen we de hele haven overzien.


 Een cream tea nog als afsluiting in een klein straatje.
En dan zie ik in de etalage van een second hand shop een parelsnoer liggen. Er liggen nog een paar, maar deze springt eruit. Helaas is de deur op slot. We lopen nog een rondje door de kleine schaduwrijke straatjes en als een wonder komen we weer langs de etalage met het parelsnoer. Ik voel aan de deur en deze is los! Naar binnen en passen en kopen. Er horen nog een paar oorbellen bij en zo heb ik weer een setje.
de haven van Fowey
Tijd om terug te keren naar de tent en daar nuttigen we ons avondmaal en na de afwas is er nog tijd genoeg om te lezen en lekker bij de tent te zitten.

Donderdag 11 juli.
Boscastle
Opstaan en weer mooi weer. Tijd voor het ontbijt met de krant en een kopje thee. Simon komt met een verhaal over een plaatsje dat Boscastle heet en aan de andere kant van Cornwall ligt, iets boven Tintagel.
In Tintagel liggen de ruïnes van het kasteel van King Arthur en daar zijn we al 2 keer geweest, dus slaan we deze keer over. Maar in Boscastle is in 2004 na een heftige regenbui een modderstroom door het dorp gegaan en heeft in een paar uur tijd vele auto's meegesleept en huizen verwoest.
Het is wel iets verder rijden, maar we gaan er heen deze dag. Wandelschoenen en water mee en met de kaart op schoot rijden we er zo heen. Onderweg natuurlijk weer de mooiste uitzichten en ik zit te genieten.
We zetten de auto op het hoger gelegen parkeerterrein, wat tijdens de flood in 2004 ook overstroomd is.
Op YouTube (Boscastleflood 2004) zie ik later beelden van deze dag en het is heel angstig om te zien wat er gebeurd is in een paar uur. Gelukkig zijn er geen slachtoffers gevallen. Het is een mooie dag vandaag en veel toeristen zijn hier naar toe gekomen om te wandelen. Ook wij vinden aan de beide kanten van het water een kust pad wat we gedeeltelijk volgen.

 Eerst volgen we het pad op de linker oever en gaan weer terug naar het dorp, de brug over en dan het pad op de rechter oever. In de verte zien we dan ook Tintagel met het kasteel. Het uitzicht over zee is prachtig en de kleuren van het water mediterraan. We lopen tot de toren van de kustwacht en gaan dan weer terug. In het dorp is ook genoeg te zien en in het visitors centre zien we wat er gebeurd is op 16 augustus 2004 op een film.
(thuis vind ik foto's van de verschrikkingen van 16 augustus 2004.)
Het is heel onwerkelijk om hier te lopen en te weten dat het er zo heeft uitgezien na een paar uur flink regenen. Gelukkig hebben er geen persoonlijke ongelukken plaatsgevonden en in 9 jaar tijd zie je er niets meer van in het dorp. Als we goed opletten zien we dat de huizen naast het riviertje allemaal nieuwe kozijnen hebben. Er zullen nog een aantal auto's onvindbaar zijn. Deze zijn met de stroom meegesleurd in zee.
We verlaten deze indrukwekkende plaats en gaan toch nog even richting Tintagel. Daar gaan we op zoek naar de theetuin waar we in 2003 met Stefanie ook hebben gezeten en toen een ware ontdekking was. Het bestaat nog steeds en bij het loket bestellen we 2 cream tea en krijgen net als toen een pollepel mee met een nummer. Als de thee klaar is wordt ons nummer geroepen en komen ze het aan tafel brengen. Het smaakt prima en hierna gaan we weer richting camping Seaview.
Soep en een broodje doen het vanavond heel goed na al die cream tea's van vandaag.

Vrijdag 12 juli
Vandaag een rustdag voor de auto en ook wij nemen het er eerst even van. Het is tenslotte vakantie en met een boek voor de tent komt de dag ook wel om. Natuurlijk niet de hele dag: er moet ook nog een stukje kust pad gelopen worden. We nemen na de lunch weer de rugzak en flesjes water en met de wandelschoenen aan gaan we eerst een stukje lopen richting Hemmick beach maar gaan dan op het weiland naar rechts in plaats van links. Zo gaan we 'onder' de camping door en lopen richting Black Rock.
Mooie vergezichten en we hopen nog wat dieren te zien die daar zouden moeten lopen, maar we komen niets tegen. Het is waarschijnlijk te warm voor hen om tevoorschijn te komen. Na een kleine rustpauze op een hoger gelegen weiland aanvaarden wij de terugtocht weer. De waterflesjes zijn leeg en het is erg warm. Op de camping gaan we nog wat lezen en het eten maken . Een rustdag was het niet helemaal, maar minder enerverend dan de dagen hiervoor.
Het fotoalbum van deze vakantie laat maar 5 foto's zien van deze dag waaronder deze in het gras. Morgen zaterdag, wat doen we dan?

Zaterdag 13 juli.
Het weer laat ons geen dag in de steek.Ook vandaag is het weer heel mooi. Zo mooi dat we besluiten een aircodag in te lassen. daarbij hebben we plannen om een wandeling langs een riviertje nabij Truro te maken, omdat we willen blijven lopen. Maar eerst is de stad aan de beurt.Een grote kerk, een plein voor de zaterdagmarkt en koffie bij M&S. We lopen nog wat winkels in en het is inderdaad lekker koel overal. De rivieroever blijft trekken en met een flesje water en een sandwich voor de lunch gaan we op zoek naar het startpunt van onze wandeling van vandaag. Helaas vinden we daar een hek met daarop een bord dat vertelt dat het pad gesloten is vanwege een onveilige brug. Dag wandeling langs de rivieroever in de schaduw van de bomen.
We gaan ons geluk dan maar beproeven in St. Austell, waarvan we tot nu toe alleen nog maar de supermarkt hebben bezocht. Een groot winkelcentrum, dat overigens erg jaren 70 is en nogal wat achterstallig onderhoud heeft. In de winkels is het lekker koel en de Tango, op de hoek bij de toren, kennen we nog van 10 jaar geleden. Hier kunnen we lekker buiten zitten in de schaduw en genieten van tea en scones. We hebben uitzicht op de Hope and Vine pub en zitten hier prima
Dan gaat het weer tijd worden voor de weg terug naar de tent en een boek. Ongemerkt hebben we toch heel wat gelopen.
Bij de camping aangekomen ga ik nog wat foto's maken van de bloemenpracht daar. Het is niet zo overweldigend als 10 jaar geleden, maar een plaatje waard.
                                                                                                                                                               

En zo is ook de zaterdag weer voorbij.


Zondag 14 juli.

Het is goed dat de nachten wat koeler zijn en we zo prima kunnen slapen. Dan zijn we goed uitgerust en kunnen we er weer een hele dag tegen. Wat deze dag gaat brengen weten we nog niet precies. In ieder geval                                                                      gaan we naar The Lost Gardens of Heligan.
Hier zijn we al een aantal keren voorbij gereden en zijn er tijdens ons vorige bezoek in 2003 niet geweest vanwege regen op die geplande dag. De wandelschoenen gaan weer aan, dan zijn we goed voorbereid voor een stevige wandeling. Met de auto zijn we er zo. Het is niet veilig genoeg om er via de weg lopend heen te gaan. De wegen zijn smal en zeer bochtig, dus is er weinig overzicht. En als er een auto aan komt, kan je niet zomaar in de berm springen.
Om iets voor 11 uur lopen we de tuinen binnen. Volgens de plattegrond is het een flink park, dus zullen we hier wel even zoet zijn.

 Op de begroeide paden en onder de hoge bomen zal het wel koel blijven en dat is lekker hier. Omdat ik niets wil missen houden we goed in de gaten waar we zijn en wat we willen zien. Een stukje geschiedenis:
De naam Heligan is Cornisch en betekent 'De Wilgen'. De vissers aan de kust maakten fuiken van de wilgentenen en wilgen kunnen heel goed tegen hoge vochtigheid.
De tuinen (4 vierkante kilometer) zijn aangelegd in de tweede helft van de 18-de eeuw en de oudste tuinen zijn de keukentuinen, waar groente en kruiden werden verbouwd en later kwamen de bloementuinen. Deze zijn daarom dichtbij het grote huis gemaakt. In de 20e eeuw waren de leden van de familie Tremayne ( van begin af aan, (1560) eigenaren van  het landgoed) druk bezig met het inrichten van de tuinen. In zijn bloeitijd was Heligan totaal self supporting: groenten, eieren, vlees- en melkproducten, brandstof, wol en bouwmaterialen en niet te vergeten een uitgebreid amusementsterrein.
In de Eerste Wereldoorlog werd het een herstellingsoord voor gewonde officieren en omdat ook de 22 tuinmannen moesten vechten in de oorlog begon het verval van de tuinen toe te slaan. Na de oorlog was er geen geld en kunde om de schade te herstellen. De tuinen begonnen geheel te verwilderen.
De Tweede Wereldoorlog bracht Amerikaanse officieren in Heligan House. Zij hielden zich bezig met de aanval op de Normandische kust vanuit het nabij gelegen Pentewan. Nu reden de tanks over Flora's Green en kreeg en gedeelte zelfs een plak beton.
De laatste Tremayne stierf in 1949 en de familie van Commander Thomas kwam in het huis te wonen. Zij deden niet meer dan nodig aan de tuinen vlakbij het huis. Na 1970, toen ook bewoners uit de omgeving een en ander hadden meegenomen van het landgoed, hield men Heligan voor verloren.
 Na 20 jaar, pas in 1990, ging het bezit op John Willis over. Hij is het kleinkind van Jack Termaynes zus en hij was wanhopig vanwege de staat van de tuinen (32.4ha=64 voetbalvelden!).
Onder zijn leiding en samen met Tim Smit is Heligan weer geworden wat het ongeveer was. De verloren tuinen zijn weer terug gevonden. Nu gebruikt men weer dezelfde verbouwmethodes en er zijn 22 tuinmannen in dienst, net als voor de Eerste Wereldoorlog.
Heligan wordt nu als onderneming beheerd en er komen ongeveer 300.000 bezoekers per jaar.
Flora's Green als in het voorjaar de rododendrons bloeien
   Dit plaatje van Flora's Green hebben wij niet gezien, omdat de bloeitijd van de rododendrons toen al voorbij was. Wij waren echter zeer verbaasd over de grootte van de struiken en de afmetingen.
Wij zagen Flora's Green zo:

We zoeken het pad wat ons helemaal langs de buitenrand van het landgoed leidt. Onderweg komen we de Mud Maid tegen. Een beeld dat gedeeltelijk onder de grond lijkt te zitten. Het is een vrouwfiguur die op haar zij ligt en door een speciale plantengroei 'aangekleed en getooid' is.


Het lopen onder de bomen bevalt goed. Zo is de temperatuur dragelijk en we zien prachtige dingen. De kruiden en groentetuinen zijn dichtbij het grote huis. Dat huis is voor bezoekers niet toegankelijk en dat is best jammer. Maar de bewoners willen geen pottenkijkers en daar is ook wel wat voor te zeggen.
Heligan House 




De paden tussen de tuinen zijn netjes en schoon, de hegjes tussen de verschillende soorten zijn strak geschoren, alles ademt verzorging en aandacht uit.



Het is een genot om hier te lopen en te kijken.
ommuurde tuinen bij het huis

de mooiste vogelverschrikker ooit gezien

lupines in alle kleuren
 We lopen maar en lopen maar en ik wil alles wel fotograferen.We gaan op zoek naar Steward's House. Het is al lang tea time en in de tuinen staan banken, ook in de schaduw. Weer een plekje om niet meer weg te gaan. Genieten van de mooie tuin en de mussen die de kruimels van de sandwiches en scones opeten.

Na de thee vervolgen we onze weg en ontdekken de Italian garden. Wat een rust en zo mooi aangelegd.

Toen de tuinen weer ontdekt waren, werd hier een soort bak gevonden met een sokkeltje in het midden. Het beeldje wat er op hoorde te staan was weg. Door naspeuringen werd de mal van het beeldje teruggevonden in Italië en zo kon het nieuw gegoten engeltje met de vis als fontein teruggeplaatst worden in de vijver.
De rust en de stilte die hier ik hier ervaar is heel speciaal: een stukje Italië in Engeland.
Onder het begroeide afdak staan een paar bankjes en het is fijn om daar even te zitten en te kijken naar alles wat hier groeit en bloeit. Op de achtergrond het geluid van het water uit de vissenbek.

We vermaken ons nog steeds prima en moeten nog op zoek naar de Giant 's Head. Ergens aan het begin hebben we deze gemist en met de plattegrond in de hand gaan we op zoek. Hij is grappig en gelijk een mooie afsluiting van ons bezoek aan deze tuinen.
We stappen in een extreem warme auto (happy airco!!) en rijden op de weg terug naar de camping nog langs Gorran Haven. Het is zondag namiddag, laag water en druk op het kleine strandje. Op een bankje in de schaduw kijken we een poosje naar de gebeurtenissen op het strand en besluiten dan een laatste stukje kustpad te lopen. Na een poosje klimmen zijn we al op redelijke hoogte en zien we het strand, waar we zojuist zaten, van de hoogte naar beneden. Jammer dat we morgen weer naar huis gaan, het is hier zo mooi!

'Thuisgekomen' bij de tent is er nog genoeg tijd voor een leesmoment in de schaduw. De Engelse zondagskrant is tenslotte niet zomaar gelezen. Vanavond willen we gaan eten in de kantine van de camping waar op zondag een 'carvery' is. Dan staan er schalen klaar met aardappelen, wortelen, erwten en bloemkool en daarbij snijden ze op verzoek een stuk vlees af van rundvlees, varkensvlees of kip en dat gaat allemaal op een bord en mag je ergens aan een tafel gaan opeten. Dat smaakt goed en als toetje kiezen we iets speciaal Engels: treacle tart with clotted ice cream. Dit eten we buiten aan een tafel met uitzicht op zee en de rotsen van Hemmick Beach. Helemaal te gek en een prima afsluiting.

Met een bolle, volle buik nog een stukje op het pad richting strand gelopen en daarna onderweg naar het toiletgebouw voor een lekkere douche en onze laatste nacht in de tent.
De volgende dag een ontbijt voor de tent en daarna opruimen en inpakken. Rond half 11 rijden we van de camping af  en na de tank te hebben vol gedaan in St. Austell kunnen we aan de terugweg beginnen.
We hebben een reservering voor 1800 uur uit Dover naar Dunkerque. Alles verloopt prima en even na 5 uur zijn we aangekomen bij de ferryplaats. Dan is de boot er nog niet en in de verte zien we hem aankomen.
Als alle voertuigen er af zijn gereden mogen wij er op en dan zoeken we weer een plekje ergens aan boord met de krant en een boek. De boot vertrekt een half uurtje later en dan is het op het vaste land dus al half 8.Twee uur varen en dan rijden we er aan de overkant om half 10 weer af. Gas geven en rond 10 uur rijden we België binnen. Vanwege dit late uur is er weinig verkeer en kunnen we goed opschieten. Ook op de Nederlandse wegen is het nu rustig en rond 1 uur die nacht rijden we thuis de oprit op. Ik knuffel even met de kat, werp een blik op de post en na een heerlijke douche duik ik in mijn eigen bed. Morgen (of eigenlijk al vandaag) gaan we uitpakken, wassen en opruimen. Nu eerst slapen.
We zijn een week onderweg geweest en voor mijn gevoel was het 3 weken. Natuurlijk is het weer een goede hulp geweest, want we hebben geen druppel regen gehad.
 Engeland voelt voor mij altijd een beetje als thuiskomen. En dat is weer een heel ander verhaal.


                                                                             





woensdag 3 juli 2013

Tour de France

Tour de France-juli 2009: een terugblik.

Zondag 12 juli.

Een aantal weken in de zomer is het extra genieten op radio en teevee. Mijn mannen kijken er ook graag naar en dan het liefst op Sportza of beter “de Belg” zoals wij zeggen. Daar is het commentaar gezelliger en in mijn oren ook humoristischer.
 Het valt niet altijd mee om de tijd naar de finish vol te praten en helemaal niet als er verder niets speciaals gebeurt. De commentatoren brengen allerlei  feitjes over de historie van de Tour naar buiten en melden en passant over de goede restaurants en hotels langs de route. Er wordt gepraat over wie waar en hoe heeft gewonnen, over bijnamen zoals de Haai en het Olifantje, over de wentelwiek die van boven af de prachtige omgeving laat zien en ze zien aan de omvang van de kuiten wie wie is.
Soms plof ik ook even op de bank voor het scherm om wat 'olie op het Tour vuur te gooien'.
“Die Tete de la Course is toch wel een hele taaie.”
“Mam, dat betekent dat het helemaal vooraan is!”
“Ja, daarom. Elke dag rijdt hij voorop, want ik zie die naam elke dag op het scherm staan en die anderen zitten daar altijd achter. Toch goed om elke dag voorop te rijden.”
Er volgen vernietigende blikken en ik pak maar gauw de wasmand en haast mij naar boven.
Even later zit ik er weer bij.
“Moeilijk om die jongens te herkennen.”
“Nou, ze hebben allemaal een nummer en zo is te zien wie wie is.”
“Goed, maar met die helm en zonnebril op kan ik toch slecht zien wie het is.”
“Ze hebben ook allemaal pakjes aan van de club waar ze bij horen.”
“ Dat is makkelijk gelukkig. Ik zie die jongens van de Rabobankploeg wel in hun oranje/blauwe pakken, maar die ene baliemedewerker van de Rabo uit de stad heb ik nog niet herkend.”
Weer een vernietigende blik en een diep zucht er bij.

Zondag is er een spannende beklimming en het is rotweer in Holland, dus lekker de hele middag voor de buis naar de Tour kijken. In groepjes komen de jongens de berg op en ze hebben het warm zo te zien. Shirtjes open en zicht op witte kippenborsten: verheffend.
Over het shirt, le tricot, zal ik maar geen opmerkingen maken. De gele trui , le maillot jeune, hoogste in het klassement, vind ik ronduit afschuwelijk. Dat ze daar geen andere kleur voor hebben gekozen. De groene trui, voor de beste sprinter, is ook zo lelijk. Wie kiest er nu voor groen!
 De witte trui, voor de beste junior, gaat er mee door, maar het houdt niet echt over.
De bolletjes trui is mijn favoriet: zeker en vast, ik ben dol op stippen, groot en klein. Daar word ik blij van zoals ik laatst mijn neefje en nichtje heb uitgelegd.

Laat een goede couturier toch eens bekijken wat de beste kleuren zijn voor de volgende zomer en gooi er eens wat variatie in. Laten ze ook eens letten op de kleuren van de sokken: geen zwarte sokken of kniekousen bijna, met witte en zwarte schoenen. Het oog wil ook wat. We kijken er tenslotte 3 weken naar, dus geef het een beetje sjeu.

De leukste opname vind ik die van achteraf geschoten. Al die opwippende kontjes uit het zadel in verschillende kleuren doen leuk aan.
Inmiddels ben ik aan de andere kant van de kamer gaan zitten en hoor op afstand dat Tom Boone ‘in de bus zit’. Daar schrik ik toch wel even van. Bloed, breuken, fiets kapot?
Ik moet weer even iets zeggen. “Is hij er nu mee gestopt?”
“Nee, dat is als een groep renners bij elkaar rijden net zoals je met meerdere mensen in de bus zit.”
Gelukkig voor Tom denk ik dan. Hij kan nog meedoen.

Af en toe rukt een renner zich los van de groep. De Belgische verslaggever onderbreekt zijn historische gemuizel en met stemverheffing vraagt hij zich hardop af wat er nu weer gaat gebeuren. Er worden tijden genoemd en namen van achtervolgers. Ze kunnen ook niks doen of het wordt gezien en besproken. Ook het resultaat van die uitbraak wordt op voorhand al kansloos, risicovol of slim gevonden. Of het is een knecht die dat helemaal niet zou mogen doen. De hele middag tegen het zelfde achterwerk aan kijken is niet leuk, dus zou ik ook af en toe uitbreken.
De Tour op de radio is echt leuk. ‘Ici radio de Tour de France, le spectacle du NOS’.


In de tijd dat Theo Koomen nog achterop de motor verslag uit bracht van alle gebeurtenissen leek er altijd veel meer te gebeuren. En de muziek die gedraaid wordt is ook vaak lekker om te luisteren. Elke dag een andere Tour artiest en veel Franse muziek.
Als de Belgen er niet zouden zijn met Sportza zou ik kiezen voor de beelden van de teevee en daarbij het geluid van de radio.

Nu hebben ze het over een dag zonder ‘oortjes’. Je moet er ook wel een beetje verstand van hebben anders snap je er niets van. Zonder oortjes dus en dan moeten de renners zelf denken en dan gaat het wel gevaarlijk worden volgens de verslaggevers. Ze hebben geen hoge pet op van die jongens op de fiets.
(later in die week hoor ik over frequenties en afluisterpraktijken met die oortjes. Daar dus ook al!)
De wentelwiek stuurt de meest prachtige beelden door van de mooie plekjes waar het peloton langs komt. Soms gaat het zo snel dat ik het niet zo goed kan zien wat het is.Ik dacht een groot parkeerterrein te zien vanuit de lucht. Handig voor al die toeschouwers. Maar volgens mijn ‘medekijker’ was het een begraafplaats. Het waren keurige rijtjes, dus dat kan ook.

Ik heb wel eens  een verhaal gehoord over een meneer die nooit met vakantie gaat. Volgens deze heer kijkt hij elke dag vanuit zijn luie stoel, met allerlei lekkere versnaperingen onder handbereik, naar de Tour en ziet zo de meest prachtige plaatsen van Frankrijk voorbij komen. Geen vakantiestress of verlopen paspoort, geen volle hotels of vieze campings met hurktoiletten, geen files of onvindbare wegen en ’s avonds slaapt hij gewoon in zijn eigen bed. De volgende dag kan hij zich rustig voorbereiden op een nieuwe route en weer genieten van de meest mooie plekken in Frankrijk. Soms heeft hij een dag vrij en stapt dan zelf op de fiets voor een rondje. Dan blijft hij in de mood.

Vanavond kunnen we nog even kijken naar Mister Tour de France Number One, Mart Smeets. Wie heeft hij dan weer aan de tafel en wat valt er nog te zeggen over de afgelopen etappe. Wie heeft de beste kansen, hoe doen de Hollanders het en wat brengt de dag van morgen.
Voor de jongens die vandaag een zware dag hebben gehad is het licht al uit hoop ik. Morgen weer zo’n dag of nog zwaarder, lekker slapen nu.
 Over een week op zondag is de finish in Parijs en na die dag is het weer een jaar over met sport kijken aan het eind van de middag.
 Andere programma’s op de teevee en andere muziek op de autoradio.

                                                                                Le spectacle du NOS: c’est fini.





vijftig


Vijftig

Voor mijn vijftigste verjaardag op 1 maart  kreeg ik van mijn man een grijs/zwart parel collier.
De kinderen gaven mij de bijpassende oorbellen en zo had ik een mooi setje. Ik ben er nog steeds heel blij mee en draag het bij speciale gelegenheden.
Mijn man is niet zo van sieraden geven, dus begreep ik dat dit heel wat was. De gelegenheid was ook wel speciaal, dat had hij goed gezien. Ook denk ik dat de meisjes er een deel in hebben gehad om dit cadeau uit te zoeken. Er is heel wat overleg aan vooraf gegaan en dat geeft mij een goed gevoel. Ik wist van niets en het was dan ook een zeer grote verrassing voor mij.

Bij het uitpakken van het cadeau kreeg ik het al enigszins warm vanwege de vorm van de doos. En toen ik de kralen op het zachte fluweel zag liggen wist ik dat ze bij mij hoorden.
Het enige probleempje was dat het snoer niet goed paste. Het was een klein beetje te kort en zat strak tegen mijn hals aan. Het is geen fijn gevoel en het staat niet mooi.
 Dat was op te lossen door terug naar de winkel te gaan. De zaterdag na mijn verjaardag hebben we dat gedaan en daar werden we fijn geholpen door een medewerkster. Er lag nog een zelfde snoer en daar konden wel wat kralen af en ze pasten goed bij de parels aan het snoer van mij.
Passen en meten voor de spiegel en zo werd de lengte bepaald.
Even een weekje geduld, want de ketting moest opnieuw geregen en geknoopt worden. Toen we het ophaalden en ik het paste in de winkel, voelde ik de koele kralen tegen mijn hals. Een gevoel van herkenning? Het was tenslotte mijn collier met een paar nieuwe kralen er tussen.
De lengte was nu goed en het zag er weer solide uit, dus afrekenen en naar huis. Daar deed ik de doos open en bekeek de kralen nog eens goed. In een opwelling besloot ik de kralen aan het snoer te tellen…………………………………… Ik kon het niet geloven en telde ze nog een keer.
Het zijn er vijftig.